19 okt 2015 / LVB

In een goed format zit een vondst; iets wat het format uniek maakt en direct triggert

Van het Familiediner tot Over mijn lijk, van Project P tot Hufterproef. Marc Dik ontwikkelt binnen Skyhigh TV al jarenlang prime time-formats die ongelooflijk goed scoren. ‘Om een format door…

LVB

Van het Familiediner tot Over mijn lijk, van Project P tot Hufterproef. Marc Dik ontwikkelt binnen Skyhigh TV al jarenlang prime time-formats die ongelooflijk goed scoren. ‘Om een format door te voeren moet je lef hebben en harde keuzes durven maken.’

[av_two_third first]Soms loopt een programma al een paar jaar lang met groot succes, en dan wordt alsnog een element toegevoegd waardoor een programma een format wordt. Neem het Familiediner, een van de vaste waarden op NPO1. Een programma van Skyhigh, gepresenteerd door Bert van Leeuwen (ook oprichter en mede-eigenaar van Skyhigh). Het Familiediner brengt ruziënde familieleden om de tafel. Of niet. Die spanning moet in de lucht blijven hangen. Dik: ‘Het programma liep al een paar seizoenen toen Vincent Dijkema bij ons kwam werken, een hele goede formatontwikkelaar die ná het Familiediner onder andere Ik Hou Van Holland voor Talpa ontwikkelde. Hij zei: we moeten nog een einde hebben waar de kijkers op willen wachten. Toen hebben we de limo geïntroduceerd. Dat stuk in het programma kunnen we enorm oprekken. Minutenlang moeten kijkers wachten, inclusief Bert, of de familieleden uit de limo zullen komen. De ramen van de wagen zijn geblindeerd. Dat geeft een enorme spanning aan het programma.’

[/av_two_third] [av_one_third]

Formatontwikkelaar

MARC2_272_272_c1

Naam:
Marc Dik

Baan:
Formatontwikkelaar en oprichter/mede-eigenaar van Skyhigh TV

[/av_one_third] [av_one_full first]Dat is ook terug te zien in de minutenanalyse van de stichting Kijkonderzoek. De kijkers blijven hangen, en er komen kijkers speciaal naar het programma toe omdat ze weten dat op dat moment de climax is. ‘Er zijn meer programma’s waar ruzies worden bijgelegd. Wij hadden het diner als formatelement, maar de limo maakte het echt af. Toen was het een format.’

Hét haakje waar je als ontwikkelaar naar op zoek bent, bij Skyhigh zijn ze daar dagelijks mee bezig. Zeker op de ontwikkelafdeling. ‘We zijn als productiebedrijf begonnen in 1999. Pas in 2007 hebben we echt een ontwikkelafdeling opgezet. Dat is gewoon nodig en het is een succesvolle aanpak gebleken’. Een aanpak die heeft geleid tot een enorme lijst succesvolle formats: Model in 1 dag, Project P, Vier handen op één buik, Uit de kast en nog vele andere titels.

De afdeling bestaat uit drie vaste ontwikkelaars die de hele week ideeën zoeken en uitwerken. Op maandagavond brainstormt de vierkoppige directie – Bernard van den Bosch, Bert van Leeuwen, Wilfried Drechsler en Marc Dik – samen met de drie ontwikkelaars. Een aanpak die bij meerdere grotere tv-producenten gangbaar is. Eerst wordt samen gegetegen, en daarna neemt hoofd ontwikkeling Marius van Duin de rol op zich van voorzitter.

‘In principe is iedereen voorbereid en nemen we dus ideeën mee. Wij zijn vooral actief in programma’s die inspelen op maatschappelijke ontwikkeling, dus veel van wat we bedenken begint bij nieuws. We kijken dan op hoofdlijnen of ergens een programma in zit. Zo is bijvoorbeeld Project P ontstaan. We zagen natuurlijk al heel lang dat pesten, met name op scholen, een enorme impact heeft op heel veel mensen. Dat haalt het nieuws vaak. We zijn daarover gaan brainstormen. Een van de eerste inzichten die leidden tot wat uiteindelijk het format werd, is dat veel van de programma’s die over pesten zijn gemaakt, terugblikken. Met betrokkenen. Met deskundigen. Dat wilden we niet. We wilden een programma in het nu.

“Toen wisten we: we gaan het pesten vastleggen door de kids zelf”

We hebben een programma-idee uitgewerkt en bij RTL5 gepitcht. Daar vonden ze het programma-idee boeiend, maar het miste iets. Het was vooral een coachingsprogramma. Redelijk braaf dus. De programmaleiding vond dat er iets miste, een bepaalde scherpte. We zijn toen weer gaan brainstormen. Een jonge ontwikkelaar zei toen iets cruciaals; niet gehinderd door enig idee over de haalbaarheid. “Zullen we cameraatjes in etuis doen.” Toen wisten we: we gaan het pesten vastleggen door de kids zelf en we gaan de kids confronteren. Dat was hét formatelement waardoor het nu verkoopbaar is en in andere landen op tv komt.’

‘Veel formats zijn vondsten. Vier handen op één buik bijvoorbeeld, een format dat is uitgezonden op NPO3 door BNN. Dat format ontstond bij onze ontwikkelaar Marius bijna uit irritatie. Voor de zoveelste keer zei hij zei een collega: we moeten een keer iets met tienermoeders. Daar hadden we al vaker over nagedacht en niet met een onderscheidend idee kunnen komen. Om er vanaf te zijn zei hij: ‘Het enige wat leuk is, je moet een BN’er-moeder koppelen aan een tienermoeder. Eén ingeving en dat werd het format’.

Formatontwikkeling is uiteindelijk een manier van denken. Er zijn, aldus Dik, oerformats. Bepaalde manieren van kijken naar een onderwerp, zodat het een format kan worden. Halverwege veel brainstorms roept er altijd wel iemand, om de discussie een wending te geven: ‘Moeten we er niet een spel van maken?’

“Het échte formatteren begint 9 van de 10 keer na een goed idee

‘Er zijn zoveel vormen waar je voor kunt kiezen. Maar er zijn ook heel duidelijk basisvormen. Die moet je beheersen. In het begin bleven we heel vaak hangen in thema’s. We wilden dan zo graag dat een zender mee ging in ons verhaal. Dat thema was namelijk zo ontzettend gaaf en belangrijk. Maar bij zenders stellen ze altijd de irritante vraag: Wat gaan we zien? Als we in onze brainstorms vastlopen, zeggen we vaak: wat zou je gewoon thuis vertellen? Wat is het onderscheidende? Wat gaan we zien? In onze meetings gooien we allemaal een paar ideeën op. De beste ideeën gaan we in de loop van die week meteen uitwerken. Als een idee goed genoeg is gaan we om de tafel met de zenders. Het échte formatteren begint negen van de tien keer daarna.’

Bij Over mijn lijk liep het anders. Een van de meest succesvolle programma’s uit de historie van de producent. Het werd ontwikkeld in een periode dat Skyhigh TV nog redelijk vastgeklonken zat aan de EO, waar de oprichters hun sporen hadden verdiend. ‘We wilden ook naar andere omroepen. BNN was er een van. We hadden twee programma-ideeën uitgewerkt. Allereerst Fear Fighters, over jongeren die hun fobieën te lijf gaan. Daar hadden we echt een fantastische moodvideo bij gemaakt. We waren helemaal los gegaan. We pitchten het. En de programmaleiding reageerde nogal lauw. We waren ongelooflijk teleurgesteld en ze vroegen toen of we nog meer hadden. We mompelden: Over mijn lijk, over het volgen van jongeren die terminaal ziek zijn. De twee programmaleiders keken elkaar aan en zeiden meteen: ja, dat is goed.’

Daarna gebeurde iets wat wel vaker gebeurt met programmaformats. ‘We gingen deformatteren. We hadden een soort bucketlist-achtig programma in gedachten. Met de zieke nog van alles doen wat op zijn of haar wensenlijstje stond. Maar dat idee stond haaks op de praktijk. Je kunt dat met veel mensen die ziek zijn niet zo doen. Dus we hebben het programma qua opzet verminderd.’

Deformatteren dus, iets wat vaak hard nodig is in een wereld waar formatontwikkelaars zoeken naar de haakjes om het format uniek te maken. Wat wél bleef was de titel: ‘Vaak is de zoektocht naar de titel cruciaal. Want heb je de briljante titel, dan weet je dat je kansen bij zowel zendermanagement als bij de kijker enorm groeien. Een fantastische titel is noodzaak. Hoe leuk een programma ook is, als je niet op een goede titel komt, wordt het toch lastig.’

Lastige onderwerpen – zoals duurzaamheid – liggen met grote regelmaat op het bordje van formatontwikkelaars. De opdracht: bedenk iets leuks. ‘Voor de VARA maakten we Nederland wordt groen. Over dit thema. Op voorhand wisten we: duurzaamheid is niet sexy. Mensen die al duurzaam leven, weten het al. De rest boeit het niet.’ Op zo’n moment gooi je min of meer de trucendoos open, aldus Dik. ‘We hadden ooit de docu gezien over de No Impact-man, iemand die écht duurzaam leeft. Dat hebben we als uitgangspunt genomen om een aantal standaard-formattrucs te toetsen. Eén daarvan is gamification. Drie BN’er koppels gaan de strijd aan: wie kan het best leven zonder impact?’

En voila: een  nieuw format. Is het zo simpel? ‘Ja en nee. Maar dan staat er wel iets, en dan moet je gaan kijken of je het kan waarmaken. Kun je die mensen vinden? Levert zo’n uitdaging spannende televisie op? Uiteindelijk is dat gelukt. Er hebben een miljoen mensen naar gekeken.’

‘Om een format door te voeren moet je lef hebben en harde keuzes durven maken. Want als je voor díe lijn kiest vallen andere opties weg. Rationele personen hebben er vaak meer moeite mee dan ontwikkelaars die vanuit het gevoel en de onderbuik werken.’

De vaste formatvormen blijven inspirerend. ‘Het Familiediner is een conflictprogramma. Het gaat om het jasje. Jouw Vrouw, Mijn Vrouw is voor mij het meest briljante format. Je leeft als man met een andere vrouw. Dat gegeven is al spannend. Er zitten kleine formatdingetjes in. Eerst bepaalt de man wat er gebeurt, daarna de vrouw. Het ‘swappen’ is nu een basisformat geworden, waarop veel ontwikkelaars variëren.’

“Door te formatteren worden programma’s prettiger, voorspelbaarder in de goede zin”

Formatteren is volgens Dik vooral zorgen dat een onderwerp tot amusement promoveert. ‘Je doet het om mensen te vermaken. Ook bij inhoudelijke onderwerpen. Programma’s worden prettiger, voorspelbaarder in de goede zin. Je weet wat er komt. Je kunt cliffhangers in bouwen. Toch zijn er onderwerpen waar formatteren tegen je werkt. Bij een programma-idee over radicalisering onder moslimjongeren zaten we ook te denken aan een interventiemoment. Iets wat Peter van der Vorst doet in Verslaafd. Maar bij sommige onderwerpen, zoals radicalisering, is interventie niet realistisch. En levert het niet per definitie een beter programma op.

Dubbeltje op zijn kant, Uitstel van Executie en Help, mijn man is een klusser: het zijn programma’s die volgens Dik vooral handig zijn geformatteerd. ‘Ze brengen een coach in. Hoe John Williams dat doet, is fantastisch. Hij deelt foei’s uit, geeft standjes. Dan geeft hij weer aai over de bol. De echte problemen worden vaak niet eens opgelost. De Donald Duck wordt opgezegd, ze maken een financieel plan, maar aan het eind is er vooral het gevoel dat de boel is opgelost. Het zijn formats waar je twee soorten kijkers mee trekt: de meelevende kijker en de smullende kijker. Die laatsten kijken om te smullen van het leed. Als je die twee kijkers bij elkaar weet te krijgen, heb je een kijkcijfertopper. Dat is de kunst van het formats ontwikkelen. Goed kijken of alles erin zit om meerder soorten kijkers aan je te binden.’

https://www.managementboek.nl/boek/9789491560682/formats-de-next-step-in-contentmarketing-aart-lensink [/av_one_full]

LVB

LVB

LVB en cookies:

Welkom bij LVB. Op onze website maken we gebruik van cookies. Hiermee kunnen wij onder andere het functioneren van onze website verbeteren en webstatistieken bijhouden. Ook kunnen wij en derde partijen informatie verzamelen. Lees voor meer informatie ons Cookiebeleid, onder aan de pagina.

GOT IT
4